Korte vorm

De korte vorm is door Wu Yinghua en Ma Yueliang ontwikkeld.

Deze korte vorm vat de lange vorm samen en is ontstaan

door het weglaten van de herhalingen en de diagonale

bewegingen en met toevoeging van enkele nieuwe

overgangen. Het lopen van de korte vorm duurt 

ongeveer 10 minuten.

Wu shi jing jian tai ji quan

1.

yù bèi shì

2. tài jí qǐ shì 3. lǎn què wěi 4. dān biān 5. tí shǒu shàng shì 6. bái hè liàng chì 7. lóu xī ào bù 8. shǒu huī pí pá 9. jìn bù bān lán chuí 10. rú fēng sì bì 11. dào niǎn hóu 12. xié fēi shì 13. hǎi dǐ zhēn 14. shàn tōng bei 15. yún shǒu 16. zuǒ gāo tàn mǎ 17. yòu fēn jiǎo 18. yòu gāo tàn mǎ 19. zuǒ fēn jiǎo 20. zhuǎn shēn dēng jiǎo 21. shuāng fēng guàn ěr 22. yé mǎ fēn zōng 23. shàng bù zuǒ yù nǚ chuān suō 24. zhuǎn shēn yòu yù nǚ chuān suō 25. shàng bù zuǒ yù nǚ chuān suō  26. zhuǎn shēn yòu yù nǚ chuān suō 27. xià shì 28. jīn jī dú lì 29. shàng bù qī xīng 30. tuì bù kuà hǔ 31. zhuǎn shēn pū miàn zhǎng 32. fān shēn shuāng bǎi lián 33. wān gōng shè hǔ 34. zuǒ gāo tàn mǎ 35. yíng miàn zhǎng 36. fān shēn piē shēn chuí 37. shàng bù zuǒ gāo tàn mǎ 38. jìn bù lǎn què wěi 39. dān biān 40. hé tài jí

Wu stijl korte vorm

1.

voorbereiding

2. Taiji-startbeweging 3. de omtrek van de mussenstaart tekenen 4. enkele zweep 5. til de hand op en naar voren 6. de kraanvogel laat de vleugels glanzen 7. strijk langs de knie (draai en twee stappen) 8. de handen bespelen de luit 9. naar voren en rechte vuiststoot 10. alsof men zich verbergt 11. bij het teruggaan de apen verjagen 12. schuin vliegen 13. naald in de zeebodem steken 14. handen en rug als een waaier 15. wolkenhanden 16. van boven verkennen (links) 17. voettrap met rechts 18. van boven verkennen (rechts) 19. voettrap met links 20. draai en hieltrap 21. met de vuisten de oren raken 22. het wilde paard schudt zijn manen (drie keer) 23. naar voren en de schone dame weeft (links) 24. draai en de schone dame weeft (rechts) 25. naar voren en de schone dame weeft (links) 26. draai en de schone dame weeft (rechts) 27. lage houding 28. de gouden haan staat op een been 29. naar voren en de zeven sterren 30. terug om de tijger te berijden 31. draai en met de handpalm naar voren vallen 32. draai en tweehandige lotus 33. span de boog en schiet op de tijger 34. van boven verkennen (links) 35. met de handpalm naar voren 36. draai en verborgen vuistslag 37. naar voren en van boven verkennen (links) 38. naar voren en de omtrek van de mussenstaart tekenen 39. enkele zweep 40. afsluiting

De beweging moet in de voeten zijn geworteld,

wordt doorgegeven door de benen

gecontroleerd door het middel (de taille)

     en uitgedrukt door de vingers.

Snelle vorm

Voor 1912 werd tàijì altijd snel gedaan. In 1912 toen tàijì meer verspreid

raakte zijn voor het grote publiek de snelle bewegingen en sprongen

eruit gehaald om de vorm toegankelijker te maken.

De snelle vorm is dus de ouder van de langzame vorm.

Maar de snelle vorm is geen lange vorm

die snel wordt gedaan.

Voor men begint met het leren van de snelle vorm moet eerst de langzame vorm beheerst worden. De snelle vorm combineert de ontspanning en de controle van de langzame vorm met dynamiek en krachtige bewegingen, bekend van andere vechtkunst. In de Wu stijl wordt o.a. uit martiale overwegingen altijd rechtstreeks gedraaid, onverschillig of dat dient te geschieden met het voor het gevoel volle gewicht op het voorste dan wel het achterste been. Uit de wijze waarop van richting wordt veranderd blijkt ook het belang van een beweeglijke taille, een en ander wordt namelijk gedaan vanuit een flexibele verbondenheid uitgaande van de volgorde hand, romp/taille, voet. Daardoor volgt de belastte voorste voet als vanzelf de taille-draai, waarbij het achterste (gestrekte) been als afzetpunt fungeert, zonder dat er eerst gewicht naar toe wordt gebracht. Tijdens deze procedure blijft de knie keurig boven de voet zodat de kniebanden niet belast of opgerekt worden. Doordat het lichaam zich meestal vanuit voorovergebogen houding in verticale stand opricht tijdens het draaien, loopt de draai-as spontaan vanaf de kruin tot in de voet. Voorwaarde is, dat het lichaam als één integraal "verbonden" (doch niet verstard) geheel handelt. De beweeglijke taille speelt daarbij dus een doorslaggevende rol. Als het goed gedaan wordt hoeft men niet te balanceren: de "verbondenheid" en het "centrale evenwicht" (het "staan") vallen samen. In de "klassieken" heet het daarom: De bewegingen zijn in de voeten geworteld worden doorgegeven door middel van de benen, gecontroleerd door de taille en uitgedrukt door de vingers.

Korte vorm Ma Jiangbao

Korte vorm Yuen Hong Nin

wú shì tài jí kuài quán dòng zuò míng chèn

dì yī jié 1 yù bèi shì 2 tài jí chū shǒu 3 lǎn què wěi 4 dān biān 5 tí shǒu shàng shì 6 bái hè liàng chì 7 lóu xī ào bù (yī) 8 lóu xī ào bù (èr) 9 lóu xī ào bù (sān) 10 lóu xī ào bù (sì) 11 shǒu huī pí pá 12 jìn bù bān lán chuí 13 rú fēng sì bì 14 bào hǔ tuī shān 15 shí zì shǒu 16 xié lóu xī ào bù 17 fān shēn lóu xī ào bù 18 lǎn què wěi 19 xié dān biān    

dì èr jié

20 zhǒu dǐ kàn chuí 21 dào niǎn hóu 22 xié fēi shì 23 tí shǒu shàng shì 24 bái hè liàng chì 25 lóu xī ào bù 26 hǎi dǐ zhēn 27 shàn tōng bei 28 fān shēn piē shēn chuí 29 xiè bù bān lán chuí 30 lǎn què wěi 31 yún shǒu (yī) 32 yún shǒu (èr)    

dì sān jié

33 gāo tàn mǎ 34 pī shēn tī jiǎo (yī) 35 pī shēn tī jiǎo (èr) 36 zhuǎn shēn dēng jiǎo 37 jìn bù zāi chuí 38 fān shēn piē shēn chuí 39 fān shēn èr qǐ jiǎo 40 tuì bù dǎ hǔ 41 yòu dēng jiǎo 42 shuāng fēng guàn ěr 43 pī shēn tī jiǎo 44 zhuǎn shēn dēng jiǎo 45 jìn bù bān lán chuí 46 rú fēng sì bì 47 bào hǔ tuī shān 48 shí zì shǒu 49 xié lóu xī ào bù 50 fān shēn lóu xī ào bù 51 lǎn què wěi 52 xié dān biān    

dì sì jié

53 yé mǎ fēn zōng (yī) 54 yé mǎ fēn zōng (èr) 55 yé mǎ fēn zōng (sān) 56 yù nǚ chuān suō (yī) 57 yù nǚ chuān suō (èr) 58 yé mǎ fēn zōng 59 yù nǚ chuān suō (sān) 60 yù nǚ chuān suō (sì) 61 lǎn què wěi 62 yún shǒu    

dì wǔ jié

63 xià shì 64 jīn jī dú lì (yī) 65 jīn jī dú lì (èr) 66 dào niǎn hóu 67 xié fēi shì 68 tí shǒu shàng shì 69 bái hè liàng chì 70 lóu xī ào bù 71 hǎi dǐ zhēn 72 shàn tōng bei 73 fān shēn piē shēn chuí 74 shàng bù bān lán chuí 75 shàng bù lǎn què wěi 76 yún shǒu    

dì lìu jié

77 gāo tàn mǎ 78 yíng miàn zhǎng 79 fān shēn bǎi lián jiǎo 80 lóu xī ào bù 81 zhǐ dāng chuí 82 shàng bù lǎn què wěi 83 xià shì 84 shàng bù qī xīng 85 tuì bù kuà hǔ 86 zhuǎn shēn pū miàn zhǎng 87 zhuǎn shēn bǎi lián 88 wān gōng shè hǔ 89 shàng bù cuò chuí 90 yíng miàn zhǎng 91 fān shēn piē shēn chuí 92 shàng bù lǎn què wěi 93 dān biān 94 hé tài jí

Namen van de bewegingen

deel 1 1 voorbereiding 2 Taiji-startbeweging  3 de omtrek van de mussenstaart tekenen 4 enkele zweep 5 til de hand op en naar voren 6 de kraanvogel laat de vleugels glanzen 7 strijk langs de knie (1) 8 strijk langs de knie (2) 9 strijk langs de knie (3) 10 strijk langs de knie (4) 11 de handen bespelen de luit 12 naar voren en rechte vuiststoot 13 alsof men zich verbergt 14 luipaard en tijger verschuiven de berg 15 de handen vormen een kruis 16 strijk langs de knie (naar 45°) 17 draai en strijk langs de knie (naar 45°) 18 de omtrek van de mussenstaart tekenen 19 enkele zweep (naar 45°)     deel 2 20 verborgen en zichtbare vuist 21 bij het teruggaan de apen verjagen 22 schuin vliegen 23 til de hand op en naar voren 24 de kraanvogel laat de vleugels glanzen 25 strijk langs de knie 26 naald in de zeebodem steken 27 handen en rug als een waaier 28 draai en verborgen vuistslag 29 terug en rechte vuiststoot 30 naar voren en de omtrek van de mussenstaart tekenen 31 wolkenhanden (1) 32 wolkenhanden (2)     deel 3 33 van boven verkennen 34 om het lichaam hangen en voettrap (1) 35 om het lichaam hangen en voettrap (2) 36 draai en hieltrap 37 naar voren en hamerslag 38 draai en verborgen vuistslag 39 draai en dubbele trap 40 terug en de tijger slaan 41 hieltrap rechts 42 met de vuisten de oren raken 43 om het lichaam hangen en voettrap 44 draai en hieltrap 45 naar voren en rechte vuiststoot 46 alsof men zich verbergt 47 luipaard en tijger verschuiven de berg 48 de handen vormen een kruis 49 strijk langs de knie (naar 45°) 50 draai en strijk langs de knie 51 de omtrek van de mussenstaart tekenen 52 enkele zweep (naar 45°)     deel 4 53 het wilde paard schudt zijn manen (1) 54 het wilde paard schudt zijn manen (2) 55 het wilde paard schudt zijn manen (3) 56 de schone dame weeft (1) 57 de schone dame weeft (2) 58 het wilde paard schudt zijn manen 59 de schone dame weeft (3) 60 de schone dame weeft (4) 61 de omtrek van de mussenstaart tekenen 62 wolkenhanden     deel 5 63 lage houding 64 de gouden haan staat op één been (1) 65 de gouden haan staat op één been (2) 66 bij het teruggaan de apen verjagen 67 schuin vliegen 68 til de hand op en naar voren 69 de kraanvogel laat de vleugels glanzen 70 strijk langs de knie 71 naald in de zeebodem steken 72 handen en rug als een waaier 73 draai en verborgen vuistslag 74 naar voren en rechte vuiststoot 75 naar voren en de omtrek van de mussenstaart tekenen 76 wolkenhanden     deel 6 77 van boven verkennen (links) 78 met de handpalm naar voren 79 draai en lotustrap 80 strijk langs de knie 81 vuiststoot naar het kruis 82 naar voren en de omtrek van de mussenstaart tekenen 83 lage houding 84 naar voren en de zeven sterren 85 terug om de tijger te berijden 86 draai en met de handpalm naar voren vallen 87 draai en tweehandige lotus 88 span de boog en schiet op de tijger 89 naar voren en rollende vuistslag 90 met de handpalm naar voren 91 draai en verborgen vuistslag 92 naar voren en de omtrek van de mussenstaart tekenen 93 enkele zweep 94 afsluiting

Snelle vorm Ma Jiangbao

Snelle vorm Ma Yuehliang

Snelle vorm Ma Yuehliang

Snelle vorm Peter Beurskens

Snelle vorm groep

Snelle vorm Yuen Hong Nin

Snelle vorm Cheung

Snelle vorm Demo Putuoshan 2007

Snelle vorm linksom

© 2024 | Jian Aan Zee - Stilte in Beweging en Beweging in Stilte |   Disclaimer

Korte vorm

Snelle vorm

Voor men begint met het leren van de snelle vorm moet eerst de langzame vorm beheerst worden. De snelle vorm combineert de ontspanning en de controle van de langzame vorm met dynamiek en krachtige bewegingen, bekend van andere vechtkunst. In de Wu stijl wordt o.a. uit martiale overwegingen altijd rechtstreeks gedraaid, onverschillig of dat dient te geschieden met het voor het gevoel volle gewicht op het voorste dan wel het achterste been. Uit de wijze waarop van richting wordt veranderd blijkt ook het belang van een beweeglijke taille, een en ander wordt namelijk gedaan vanuit een flexibele verbondenheid uitgaande van de volgorde hand, romp/taille, voet. Daardoor volgt de belastte voorste voet als vanzelf de taille-draai, waarbij het achterste (gestrekte) been als afzetpunt fungeert, zonder dat er eerst gewicht naar toe wordt gebracht. Tijdens deze procedure blijft de knie keurig boven de voet zodat de kniebanden niet belast of opgerekt worden. Doordat het lichaam zich meestal vanuit voorovergebogen houding in verticale stand opricht tijdens het draaien, loopt de draai-as spontaan vanaf de kruin tot in de voet. Voorwaarde is, dat het lichaam als één integraal "verbonden" (doch niet verstard) geheel handelt. De beweeglijke taille speelt daarbij dus een doorslaggevende rol. Als het goed gedaan wordt hoeft men niet te balanceren: de "verbondenheid" en het "centrale evenwicht" (het "staan") vallen samen. In de "klassieken" heet het daarom: De bewegingen zijn in de voeten geworteld worden doorgegeven door middel van de benen, gecontroleerd door de taille en uitgedrukt door de vingers.

Korte vorm Ma Jiangbao

Korte vorm Yuen Hong Nin

Snelle vorm Ma Jiangbao

Snelle vorm Ma Yuehliang

Snelle vorm Ma Yuehliang

Snelle vorm Peter Beurskens

Snelle vorm groep

Snelle vorm Yuen Hong Nin

Snelle vorm Cheung

Snelle vorm Demo Putuoshan 2007

Snelle vorm linksom

De korte vorm is door Wu Yinghua en Ma Yueliang ontwikkeld.

Deze korte vorm vat de lange vorm samen en is ontstaan

door het weglaten van de herhalingen en de diagonale

bewegingen en met toevoeging van enkele nieuwe

overgangen. Het lopen van de korte vorm duurt 

ongeveer 10 minuten.

De beweging moet in de voeten zijn geworteld wordt

doorgegeven door de benen gecontroleerd door

het middel (de taille) en uitgedrukt

door de vingers

Voor 1912 werd tàijì altijd snel gedaan.

In 1912 toen tàijì meer verspreid raakte

 zijn voor het grote publiek de snelle

bewegingen en sprongen eruit

gehaald om de vorm

toegankelijker

 te maken.

De snelle vorm is dus de ouder van de lange vorm.

Maar de snelle vorm is geen lange

vorm die snel wordt gedaan.

Wu shi jing jian Tài Jì Quán

1 yù bèi shì 2 tài jí qǐ shì 3 lǎn què wěi 4 dān biān 5 tí shǒu shàng shì 6 bái hè liàng chì 7 lóu xī ào bù 8 shǒu huī pí pá 9 jìn bù bān lán chuí 10 rú fēng sì bì 11 dào niǎn hóu 12 xié fēi shì 13 hǎi dǐ zhēn 14 shàn tōng bei 15 yún shǒu 16 zuǒ gāo tàn mǎ 17 yòu fēn jiǎo 18 yòu gāo tàn mǎ 19 zuǒ fēn jiǎo 20 zhuǎn shēn dēng jiǎo 21 shuāng fēng guàn ěr 22 yé mǎ fēn zōng 23 shàng bù zuǒ yù nǚ chuān suō 24 zhuǎn shēn yòu yù nǚ chuān suō 25 shàng bù zuǒ yù nǚ chuān suō  26 zhuǎn shēn yòu yù nǚ chuān suō 27 xià shì 28 jīn jī dú lì 29 shàng bù qī xīng 30 tuì bù kuà hǔ 31 zhuǎn shēn pū miàn zhǎng 32 fān shēn shuāng bǎi lián 33 wān gōng shè hǔ 34 zuǒ gāo tàn mǎ 35 yíng miàn zhǎng 36 fān shēn piē shēn chuí 37 shàng bù zuǒ gāo tàn mǎ 38 jìn bù lǎn què wěi 39 dān biān 40 hé tài jí

Wu stijl korte vorm

1 voorbereiding 2 tai ji beginvorm 3 de omtrek van de mussestaart tekenen 4 enkele zweep 5 til de hand op en naar voren 6 de kraanvogel laat de vleugels glanzen 7 strijk langs de knie (draai en twee stappen) 8 de handen bespelen de luit 9 naar voren en rechte vuiststoot 10 alsof men zich verbergt 11 bij het terugggaan de apen verjagen 12 schuin vliegen 13 naald in de zeebodem steken 14 handen en rug als een waaier 15 wolkenhanden 16 van boven verkennen (links) 17 voettrap met rechts 18 van boven verkennen (rechts) 19 voettrap met links 20 draai en hieltrap 21 met de vuisten de oren raken 22 het wilde paard schudt zijn manen (drie keer) 23 naar voren en de schone dame weeft (links) 24 draai en de schone dame weeft (rechts) 25 naar voren en de schone dame weeft (links) 26 draai en de schone dame weeft (rechts) 27 lage houding 28 de gouden haan staat op een been 29 naar voren en de zeven sterren 30 terug om de tijger te berijden 31 draai en met de handpalm naar voren vallen 32 draai en tweehandige lotus 33 span de boog en schiet op de tijger 34 van boven verkennen (links) 35 met de handpalm naar voren 36 draai en verborgen vuistslag 37 naar voren e n van boven verkennen (links) 38 naar voren en de omtrek van de mussestaart tekenen 39 enkele zweep 40 afsluiting
dì yī jié 1 yù bèi shì 2 tài jí chū shǒu 3 lǎn què wěi 4 dān biān 5 tí shǒu shàng shì 6 bái hè liàng chì 7 lóu xī ào bù (yī) 8 lóu xī ào bù (èr) 9 lóu xī ào bù (sān) 10 lóu xī ào bù (sì) 11 shǒu huī pí pá 12 jìn bù bān lán chuí 13 rú fēng sì bì 14 bào hǔ tuī shān 15 shí zì shǒu 16 xié lóu xī ào bù 17 fān shēn lóu xī ào bù 18 lǎn què wěi 19 xié dān biān    

dì èr jié 

20 zhǒu dǐ kàn chuí 21 dào niǎn hóu 22 xié fēi shì 23 tí shǒu shàng shì 24 bái hè liàng chì 25 lóu xī ào bù 26 hǎi dǐ zhēn 27 shàn tōng bei 28 fān shēn piē shēn chuí 29 xiè bù bān lán chuí 30 lǎn què wěi 31 yún shǒu (yī) 32 yún shǒu (èr)    

dì sān jié

33 gāo tàn mǎ 34 pī shēn tī jiǎo (yī) 35 pī shēn tī jiǎo (èr) 36 zhuǎn shēn dēng jiǎo 37 jìn bù zāi chuí 38 fān shēn piē shēn chuí 39 fān shēn èr qǐ jiǎo 40 tuì bù dǎ hǔ 41 yòu dēng jiǎo 42 shuāng fēng guàn ěr 43 pī shēn tī jiǎo 44 zhuǎn shēn dēng jiǎo 45 jìn bù bān lán chuí 46 rú fēng sì bì 47 bào hǔ tuī shān 48 shí zì shǒu 49 xié lóu xī ào bù 50 fān shēn lóu xī ào bù 51 lǎn què wěi 52 xié dān biān    

dì sì jié

53 yé mǎ fēn zōng (yī) 54 yé mǎ fēn zōng (èr) 55 yé mǎ fēn zōng (sān) 56 yù nǚ chuān suō (yī) 57 yù nǚ chuān suō (èr) 58 yé mǎ fēn zōng 59 yù nǚ chuān suō (sān) 60 yù nǚ chuān suō (sì) 61 lǎn què wěi 62 yún shǒu    

dì wǔ jié

63 xià shì 64 jīn jī dú lì (yī) 65 jīn jī dú lì (èr) 66 dào niǎn hóu 67 xié fēi shì 68 tí shǒu shàng shì 69 bái hè liàng chì 70 lóu xī ào bù 71 hǎi dǐ zhēn 72 shàn tōng bei 73 fān shēn piē shēn chuí 74 shàng bù bān lán chuí 75 shàng bù lǎn què wěi 76 yún shǒu    

dì lìu jié

77 gāo tàn mǎ 78 yíng miàn zhǎng 79 fān shēn bǎi lián jiǎo 80 lóu xī ào bù 81 zhǐ dāng chuí 82 shàng bù lǎn què wěi 83 xià shì 84 shàng bù qī xīng 85 tuì bù kuà hǔ 86 zhuǎn shēn pū miàn zhǎng 87 zhuǎn shēn bǎi lián 88 wān gōng shè hǔ 89 shàng bù cuò chuí 90 yíng miàn zhǎng 91 fān shēn piē shēn chuí 92 shàng bù lǎn què wěi 93 dān biān 94 hé tài jí
deel 1 1 voorbereiding 2 tai ji openen 3 de omtrek van de mussestaart tekenen 4 enkele zweep 5 til de hand op en naar voren 6 de kraanvogel laat de vleugels glanzen 7 strijk langs de knie (1) 8 strijk langs de knie (2) 9 strijk langs de knie (3) 10 strijk langs de knie (4) 11 de handen bespelen de luit 12 naar voren en rechte vuiststoot 13 alsof men zich verbergt 14 luipaard en tijger verschuiven de berg 15 de handen vormen een kruis 16 strijk langs de knie (naar 45°) 17 draai en strijk langs de knie (naar 45°) 18 de omtrek van de mussestaart tekenen 19 enkele zweep (naar 45°)     deel 2 20 verborgen en zichtbare vuist 21 bij het teruggaan de apen verjagen 22 schuin vliegen 23 til de hand op en naar voren 24 de kraanvogel laat de vleugels glanzen 25 strijk langs de knie 26 naald in de zeebodem steken 27 handen en rug als een waaier 28 draai en verborgen vuistslag 29 terug en rechte vuiststoot 30 naar voren en de omtrek van de mussestaart tekenen 31 wolkenhanden (1) 32 wolkenhanden (2)     deel 3 33 van boven verkennen 34 om het lichaam hangen en voettrap (1) 35 om het lichaam hangen en voettrap (2) 36 draai en hieltrap 37 naar voren en hamerslag 38 draai en verborgen vuistslag 39 draai en dubbele trap 40 terug en de tijger slaan 41 hieltrap rechts 42 met de vuisten de oren raken 43 om het lichaam hangen en voettrap 44 draai en hieltrap 45 naar voren en rechte vuiststoot 46 alsof men zich verbergt 47 luipaard en tijger verschuiven de berg 48 de handen vormen een kruis 49 strijk langs de knie (naar 45°) 50 draai en strijk langs de knie 51 de omtrek van de mussestaart tekenen 52 enkele zweep (naar 45°)     deel 4 53 het wilde paard schudt zijn manen (1) 54 het wilde paard schudt zijn manen (2) 55 het wilde paard schudt zijn manen (3) 56 de schone dame weeft (1) 57 de schone dame weeft (2) 58 het wilde paard schudt zijn manen 59 de schone dame weeft (3) 60 de schone dame weeft (4) 61 de omtrek van de mussestaart tekenen 62 wolkenhanden     deel 5 63 lage houding 64 de gouden haan staat op één been (1) 65 de gouden haan staat op één been (2) 66 bij het teruggaan de apen verjagen 67 schuin vliegen 68 til de hand op en naar voren 69 de kraanvogel laat de vleugels glanzen 70 strijk langs de knie 71 naald in de zeebodem steken 72 handen en rug als een waaier 73 draai en verborgen vuistslag 74 naar voren en rechte vuiststoot 75 naar voren en de omtrek van de mussestaart tekenen 76 wolkenhanden     deel 6 77 van boven verkennen (links) 78 met de handpalm naar voren 79 draai en lotustrap 80 strijk langs de knie 81 vuiststoot naar het kruis 82 naar voren en de omtrek van de mussestaart tekenen 83 lage houding 84 naar voren en de zeven sterren 85 terug om de tijger te berijden 86 draai en met de handpalm naar voren vallen 87 draai en tweehandige lotus 88 span de boog en schiet op de tijger 89 naar voren en rollende vuistslag 90 met de handpalm naar voren 91 draai en verborgen vuistslag 92 naar voren en de omtrek van de mussestaart tekenen 93 enkele zweep 94 afsluiting

wú shì tài jí kuài quán

dòng zuò míng chèn

Namen van de bewegingen

© 2024 | Jian Aan Zee   Stilte in Beweging en Beweging in Stilte  Disclaimer

Wu stijl Tài Jì Quán 

Jian Aan Zee